Terug

WeMakeThe.City, terugblik op dag 1

Of ze nu spraken, maakten, zongen, dichtten, deden of discussieerden: mensen kwamen gisteren op allerlei plekken en manieren bij elkaar tijdens de eerste dag van de eerste editie van WeMakeThe.City.

Nog voor de officiële opening van het stadmakersfestival, heel toepasselijk in een gerecycled musical-theater in een wijk in ontwikkeling, werd er overal gewerkt aan een betere stad. In Circl op de Zuidas was er ’s ochtends een workshop van econoom Kate Raworth – die het festival in de avond opende met een opzwepend betoog over de Donut-economie.

Aan de andere kant van de stad, in het Machinegebouw van de Westergasfabriek, bracht Bas Kosters theorie in praktijk door overgebleven kleding van Koningsdag te transformeren in een nieuwe collectie. En in Noord stroomden bezoekers toe voor de Living Lab Tour – nieuwsgierig naar innovatieve ontwikkelingen in het stadsdeel, zoals de NDSM-werf, Buiksloterham en de Van der Pekbuurt.

Overdag werden in Pakhuis de Zwijger ideeën voor een betere regio letterlijk in kaart gebracht. De aanwezigen deden dat samen, zoals ook de bedoeling was van het ‘Co-creatie event: Regio Amsterdam 2025 – 2050’. Er kwam onder andere uit naar voren dat de eigenheid van Amsterdam moet worden gekoesterd én verspreid. Dat de menselijke maat essentieel is voor een leefbare stad. Dat het groen/blauwe karakter van de stad een voorwaarde moet zijn voor investeringen en bouw in de regio. Behalve resultaten leverde de bijeenkomst veel enthousiasme op, en de wil met elkaar verder te bouwen.

Datzelfde enthousiasme was in de avond ook voelbaar bij de opening. WeMakeThe.City-directeur Egbert Fransen trapte voor een bomvolle zaal het festival af met een hartgrondig: ‘Here we go!’, waarna het losging met een zwoele festivalsong, en een wervelend openingsfilmpje en een gedicht van Gershwin Bonevacia. En een aaneenschakeling van keynotes (van Kate Raworth, Toni L. Griffin en Aisha Bin Bisr) en panelgesprekken, dat een grote diversiteit aan culturen en meningen tentoonspreidde.

Het ging over (democratiserings)processen, systemen, mensen, inclusiviteit, rechtvaardigheid en participatie en hoewel meningen en definities soms uiteenliepen was vooral een gevoel van gezamenlijkheid voelbaar: de stad – als aanjager van oplossingen en laboratorium voor innovatie – moet samen worden gemaakt.