Terug

Iedereen op de deel-app

Geen eigen fiets, scooter, motor of auto meer, maar iedereen in of op een (elektrisch) deelmobiel en het openbaar vervoer. Dat is de stip aan de – niet meer zo verre – horizon die wordt geschetst in Mobility as a Service, een rapport van ABN AMRO, dat net als vorig jaar lead partner is van WeMakeThe.City, met Circl als locatiepartner. Het rapport komt binnenkort uit en wordt besproken tijdens de conferentie Getting Around Smart op 18 juni. Auteur en hoofd research Franka Rolvink Couzy: ‘Mensen ontdekken dat het fijn is niet zelf meer te bezitten.’

Stel: je woont in de Houthavens en wilt over anderhalf uur in Eindhoven zijn. Je opent een vervoersapp en tikt de gewenste reis in. De app stelt voor een beschikbare deelfiets verderop in de straat  (het is mooi weer) naar het Centraal Station te nemen. Je laat de fiets op het station achter, loopt direct door (dankzij de app) naar het perron, pakt de trein en komt een uur later aan in Eindhoven. Omdat het daar regent stelt de app een elektrische deelauto voor, waarmee je de laatste paar kilometer comfortabel aflegt.

Finland

Een utopie? ‘In Finland bestaat die vervoersapp al’, vertelt Franka Rolvink Couzy, hoofd research bij ABN AMRO en auteur van het rapport Mobility as a Service, een nadere uitwerking van het vorig jaar verschenen City as a Service-rapport. In dat laatstgenoemde rapport wordt becijferd dat we nog geen 10 procent van onze spullen hergebruiken en het stelt services voor in plaats van bezit op het gebied van wonen, kleding, communicatie, ruimte, vervoer, voeding en logistiek.

‘Uit City as a Service bleek dat een mobiliteitsapp het grootste enthousiasme losmaakte bij de ondervraagden. En dat is wat je wilt: één app die je helpt overal heen te komen.’ In Helsinki hebben ze WHIM, een app die het openbaar vervoer heeft gekoppeld aan deelvervoer. Voor 499 euro per maand kun je onbeperkt reizen met allerlei soorten vervoer, maar je kunt ook per rit afrekenen.

Eigen fiets

In Nederland bestaan er ook al alternatieve vervoerssystemen, zoals de ov-kaart en deelauto’s en -scooters. ‘Maar die sluiten nu nog slecht op elkaar aan.’ Daarom bezit in Amsterdam nog een aanzienlijk deel van de bevolking een auto en heeft bijna iedereen een eigen fiets.  ‘Dat vervoer kost veel ruimte, veel materiaal, veel uitstoot en veel geld. Een auto staat 95 procent van de tijd stil, kost ondertussen wel belasting en parkeergeld en neemt veel plek in.’

Uit het Mobility as a Service-onderzoek blijkt dat Nederlanders echt wel willen nadenken over ander vervoer. ‘Zo’n vijftien procent zegt dat ze zouden overstappen op een systeem als WHIM. Een grotere groep, zo’n dertig procent, wil eerst zien of het systeem werkt.’

In het onderzoek is ook gevraagd wat mensen tegenhoudt hun eigen vervoermiddelen in te ruilen voor een abonnement. ‘Het voornaamste bezwaar is dat er niet voldoende alternatieve vervoermiddelen beschikbaar zijn – veel mensen hebben geen deelfiets of deelauto voor de deur, wat ze met de eigen fiets of auto wel hebben. Een ander bezwaar is dat de Nederlanders het delen van vervoer te veel gedoe vinden: Zij vrezen van tevoren iets te moeten reserveren of erachter te komen dat alles al weg is omdat het die dag heel mooi weer is en iedereen een bakfiets naar het strand wil. Tot slot moeten mensen ervan overtuigd zijn dat de kosten lager zijn dan wanneer ze zelf een auto hebben.’ 

Onderzoek leert dat de meeste Nederlanders maximaal 200 euro per maand zouden willen betalen voor een MaaS-abonnement. ‘We moeten kijken hoe reëel dat bedrag is om te kosten te dekken. Het is aan vervoerders en platformen om de juiste prijskwaliteit te bereiken.’ Het gaat dus om gemak, vertrouwen en een goede prijs. Om dat voor elkaar te krijgen is er nog tijd tot 2025, het streefjaar voor een dergelijke vervoerssysteem.

Hely

In Nederland wordt al wel geëxperimenteerd met de ‘Ik wil Hely’-app, in bijvoorbeeld Haarlem en de Amsterdamse circulaire wijk Buiksloterham zijn zogeheten hubs gecreëerd, waarmee op wijkniveau alle soorten deelvervoer met uitzondering van het openbaar vervoer worden aangeboden. ‘Ze zijn nog maar kort bezig en toch zijn er in Haarlem al mensen die hun tweede auto wegdoen, omdat het alternatief handig genoeg is.’ 

Ook het succes van Swapfiets, waarbij mensen maandelijks een bedrag betalen voor een fiets en het onderhoud ervan, is bemoedigend. ‘Zij hebben gezorgd dat mensen best een flink bedrag overhebben voor gemak; banden worden geplakt en als je fiets wordt gestolen, heb je zo een andere. Mensen ontdekken dat het fijn is niet zelf een fiets te bezitten.’

Autovrije grachten

Wet- en regelgeving en een andere inrichting van de stad kunnen ook impulsen in de goede richting geven. ‘Nu is de stad ingericht op autobezit. Overal zijn parkeerplaatsen en je kunt met een auto relatief snel de stad doorkruisen. Daar kan de gemeente veel aan doen. Zoals ze nu zorgen dat je bij het Centraal Station niet meer met de auto kunt komen en daar groen- en wandelzones creëren. Ook zouden ze van parkeerplaatsen mobiliteitsplaatsen kunnen maken, waarop al je deelvervoermiddelen kunnen staan, of fietsen en scooters. Die laatste hoeven dan niet meer op de stoep. Als je Amsterdammers laat zien dat de leefbaarheid toeneemt wanneer ze zelf niet meer alle middelen bezitten, kan dat een stimulans zijn. Autovrije grachten en stoepen zonder fietsen overal

Er moet nog wel wat gebeuren voordat de situatie ideaal is. ’We spreken met veel partijen en bespreken waar obstakels liggen en oplossingen zijn.’ ‘Belangrijk is dat we één standaard krijgen, waardoor iedereen dezelfde taal spreekt. Zoals voor de mobiele telefoon ook een standaard is met de gsm. Een standaard waarmee de reizigers overal, ook in het buitenland kan reizen.’ Zodat de reis niet ophoudt bij de grens.